Nr. 277 - zondag 20 november 2022 (week 46)
Schilderijen op schilderijen; 'Schone Kunsten' Antwerpen heropend

LAATSTE ZES AFLEVERINGEN

276. HORROR-TANDARTS; HET VERVOLG (23/10/2022)
275. PAARDLOZE KOETSEN; LOUWMAN MUSEUM (25/09/2022)
274. MET OPEN OGEN EN UITGESTOKEN VOERLHOORNS (04/09/2022)
273. MART VISSER, MAN VAN VELE GEZICHTEN, IN BEELDEN AAN ZEE (14/08/2022)
272. ZICH ONTPOPPEN, VLINDERS AAN DE VLIET (31/07/2022)
271. 'KUNST VOL VERHALEN', MIJN BROERTJE EXPOSEERT (01/05/2022)


De rubriek FHM's A-viertjes verschijnt onregelmatig. Maar als hij verschijnt, doet hij dat op zondag

Een Vlaamse lezer wees me er laatst op, dat het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) weer open was gegaan na een verbouwingsperiode van maar liefst 11 jaar. Het museum stelt honderden kunstwerken, vooral schilderijen, tentoon uit 7 verschillende eeuwen: de 15e tot en met de huidige. Ik zette het museum meteen op mijn lijst, nieuwsgierig, want ook vóór die lange renovatieoperatie was ik er nog nooit geweest.

Het KMSKA, een museum als een paleis, werd in de 80’s van de 19e eeuw gerealiseerd in de wijk De Zuid, op de plek waar ooit de Spaanse Citadel heeft gestaan. Tussen 2011 en 2022 zijn de oude zalen van het KMSKA grondig opgeknapt, en kwam er een moderne aanbouw. Als het in Vlaanderen echt mooi moet worden, halen ze er vaak Nederlandse architecten bij. Zo ook deze keer: Kaan Architecten uit Rotterdam klaarde de klus. Op 24 september jl. vond de feestelijke heropening plaats.

Ik heb voor zaterdag 5 november per Internet het tijdslot 15:00 – 15:30 gereserveerd voor entree tot het KMSKA, dat om 18:00 sluit. Ik dacht dat ik wist waar in Antwerpen ik het museum kon vinden, maar om een heel lang verdwaalverhaal kort te maken: zo rond 15:25 uur betreed ik nog net op tijd de indrukwekkende hal ervan.

Op mijn uitgeprinte – en betaalde - toegangsbewijs staat vermeld dat ik zonder meer langs het ‘onthaal’ kan lopen, en de kaart alleen maar hoef te laten scannen bij een scanpunt. Hoe ik het doe, doe ik het, maar opeens sta ik al midden in een zaal vol schilderijen, zonder het ‘onthaal’ of een persoon met een scanner gezien te hebben. Er heeft ook niemand naar me geroepen van: ‘Hee, hee, hee, waar gaan wij naartoe?’

Ik probeer de Hollandse gedachte te onderdrukken dat ik net zo goed helemaal geen kaartje had kunnen kopen. Nu worstel ik nog een kwartier met de app van het KMSKA. Die tovert op mijn telefoonscherm verhalen over schilderijen waarnaar ik vergeefs zoek in de tientallen zalen van het museum. Als ik eenmaal aan het dwalen ben geslagen, gaat dat de rest van de dag niet meer over.

Uiteindelijk klap ik de telefoon dicht. De resterende tijd ga ik gewoon zoals gewoonlijk naar schilderijen kijken, en ga ik in elke zaal op zoek naar het schilderij dat me het meest raakt. Dat alles om de op deze site traditionele museum-top5 samen te stellen. Het is dat ik mezelf maar één tweezijdig A-viertje tekst gun voor deze rubriek, anders kon het ook wel een top-25 worden, gezien de overvloed aan schone kunst in dit museum.

Mijn oog valt deze middag vooral op aparte, absurde, bijzondere schilderijen. Waaronder veel schilderijen waarop schilderijen staan afgebeeld. Het fascineert me altijd weer: waarom doet een schilder zoveel moeite om werken van zijn concullega’s over te schilderen?

Hieronder de top-5 (in willekeurige volgorde). NB: klik op de linkjes voor een grotere en scherpere versie van de schilderijen.

 

*1* Frans Francken de jongere, Een kunstkamer (1619)

In de 17e eeuw hingen veel rijke en ruim behuisde lieden hun wanden propvol schilderijen, en legden een ‘rariteitenkabinet’ aan.  Daarin bevonden zich naturalia (schelpen, opgezette dieren en gedroogde planten) en artificialia (menselijke maaksels), waaronder exotica (spullen uit verre en vreemde landen). Dat geheel lieten ze dan weer schilderen.

Sommigen van zulke verzamelaars gaven het gewone volk de gelegenheid om hun kunstkamers te bezoeken en te bewonderen. Hun collecties waren voorlopers van musea zoals wij die nu kennen.

De schilder Frans Francken II (1581-1642) stamde uit een Antwerps geslacht van kunstenaars. Zijn Kunstkamer is een bont schilderij waar je wel een heel tijdslot naar zou kunnen blijven kijken. Op deze pagina in de Wikipedia staat alles wat erop te zien is, in detail opgesomd.

 

*2* Cornelis de Vos, Abraham Grapheus (1620)

Cornelis de Vos (1584-1651) werd geboren in Hulst, maar woonde en werkte in Antwerpen. Hij portretteerde een minder fortuinlijke collega, Abraham Grapheus, die van huis uit De Graaf heette. Die was conciërge, boekhouder, griffier, kassier en boodschappenjongen van het Antwerps schildersgilde. Hij draagt de heel fraaie, maar wel erg grote en zware sierketting van dat genootschap. Echt blij kijkt Grapheus niet, en zijn gezicht vormt een treurig contrast met zijn uitmonstering.

Grapheus heeft zelf geen werken nagelaten, maar was erg populair als model voor bekwamere schilders dan hij. Daardoor hangt hij nu toch nog in musea.

Het zat hem niet mee in het leven. Zijn zoon stak op een kwaaie dag in een kroeg een paar mensen overhoop. Er werd een inzamelingsactie gehouden door het gilde, zodat de arme familie De Graaf de schadeloosstelling kon betalen.

Elk tijdperk brengt een paar genieën voort en een hele rits schlemielen die wel geroepen waren, maar niet uitverkoren.
 

*3* Henri De Braekeleer, De schilderijenliefhebber (1884)

Als op dit moment iemand achter me een foto maakt, staat daarop een schilderijenliefhebber voor ‘De schilderijenliefhebber’, waarop een schilderijenliefhebber staat die voor enkele schilderijen staat.

De Braekeleer (1840-1888) hield zich angstvallig buiten de stromingen van zijn tijd. Hij was een ‘levend anachronisme’, zoals ik ergens las. Maar wat maakt dat nog uit, 1½ eeuw en talloze stromingen later?

 

*4* René Magritte, 16 september (1956)

Mijn foto uit het museum bleek onscherp, dus ik heb hem overgenomen van Wikipedia (E), 16th september (Painting)

De Waalse schilder Magritte (1898–1967) is vooral bekend geworden door zijn pijp, die geen pijp is (maar bestaat uit verf). Op dit schilderij uit 1956 laat hij de maan niet DOOR, maar IN de bomen schijnen. Waarom het ‘16 september’ heet, is onbekend.

 

*5* James Ensor, Het Schilderend geraamte (1896)

James Ensor (1860-1949) is ‘niet enkelvoudig te benoemen’, vonden ze in het Mu.ZEE in zijn geboorte- en woonplaats Oostende, dat ik in 2015 bezocht. Als een museum dat al zegt, ga ik het ook maar niet benoemen; wie ben ik?

Ensor is prominent aanwezig in de collectie van het KMSKA, met tientallen schilderijen.

 

*6* Abel Grimmer, De Vier Seizoenen (1607)



Winter 

En dan deze toegift nog, een top-6, deze keer, omdat het verschijnsel: ‘winter’ momenteel zo actueel is in de Lage Landen. Energiecrisis… Laten we hopen op een winter zonder zulke ijstaferelen; s.v.p. uitgerekend deze winter geen Elfstedenwinter!

Voor alle 4 de seizoenen van Grimmer (ca. 1570 –1618 of 1619), klik op het linkje.

Na het verlaten van het KMSKA spring ik in het inmiddels ingevallen duister in een tram van lijn 4 die er net aankomt – helaas die naar Hoboken, de verkeerde kant op. Ik zei het al: als ik eenmaal met dwalen begin…

FHM
20 november 2022
Er geweest: zaterdag 5 november 2022



Nog twee schilderijenliefhebbers


EEN STEEN IN DE MUUR; BAKSTEEN | BRICK IN AMERSFOORT (11/12/2022)






© Frans Mensonides, Leiden, 2022