Naar Zernike en Kardinge: 1e fase RegioTram Groningen


<< naar thuispagina Frans Mensonides

Twee jaar later zal ik de Groningse Regiotram nog eens dunnetjes overdoen.
De plannen zijn dan veranderd. Lees ook dit stuk uit 2011! >>>

Straks rijdt hier de tram, i.p.v. de (City)bus

 

Ook deze week is het thema: tramlijnen van morgen. Na de tram van Maastricht doen we die van Groningen, en daarmee hebben we ze dan allemaal wel gehad, denk ik.

In 2014 zal er in Groningen een trambaan liggen die het station verbindt met het Zernikecomplex in het noorden van de stad, dat onder andere de Rijksuniversiteit, de Hanzehogeschool en Google huisvest. Nog vóór 2020 moet ook lijn 2 klaar zijn, die aftakt van de eerste om het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) te bedienen en het P&R-terrein en sportcomplex Kardinge in het oosten. Beide lijnen voeren door het winkelhart van Groningen. Voor het eerst sinds 1949 zullen er weer trams rijden aan de voet van de Martinitoren.

Tot voor kort bestond er een hele bundel varianten, maar de gemeente heeft deze teruggebracht tot één voorkeursvariant, wat ons veel loopwerk bespaart. Verderop in dit artikel lopen wij (Wim Scherpenisse en ik) namelijk de tramroute naar Zernike en neem ik zelf nog even een kijkje bij Kardinge.

 


Eerst wat meer achtergrondinformatie over dit railproject. Het heet RegioTram en het heeft tussen twee haakjes een zeer informatieve en gedegen website. Aan de naam RegioTram zie je al dat het niet zal blijven bij die twee stadstramlijntjes met een totale lengte van ruim 9 kilometer. Na 2020 worden ze doorgetrokken de regio in, via de bestaande sporen waarover nu de GTW’s (‘Spurts’) van Arriva rijden. Ze krijgen hun beginpunt in plaatsen als Hoogezand en Zuidhorn. De treinen blijven gewoon rijden, maar stoppen dan niet overal meer. Stations als Kropswolde en Martenshoek degraderen tot tramhalte. Daarvandaan geeft de tram dan wel een rechtstreekse verbinding met alle belangrijke locaties in de stad, zoals het winkelhart, de universiteit en het ziekenhuis.

Na 2020 zou ook het tramnet binnen de stad Groningen nog wat kunnen groeien. Er zijn plannen voor een tak naar het zuiden van de gemeente (o.a. het Martiniziekenhuis) en naar Meerstad, een nieuwe wijk in het verre oosten van de stad.

De filosofie achter de RegioTram: het bieden van een alternatief voor de auto. Groningen is het onbetwiste hart van de drie noordelijke provincies, een gebied met een kleine 2 miljoen inwoners. Anno 2009 komen per dag 160.000 personen de stad binnen, waarvan niet meer dan ca. 20% met het OV reist. In 2020 zal het aantal bezoekers gestegen zijn tot 215.000. Het is mede te danken aan de verkantoring van Groningen. Ze schieten in volle vaart de grond uit, tientallen etages hoog: De Cascade, La Belle Alliance, La Liberté en naar welke welluidende, pretentieuze namen ze ook maar mogen luisteren.

De tram moet de groei van het autoverkeer (gedeeltelijk) opvangen, anders slibt de stad dicht. Het stadsvervoer doet dat soms al. Naar Zernike reizen dagelijks 18.000 passagiers, verdeeld over de overvolle gelede bussen van twee lijnen: 11 en 15. De eerste volgt min of meer de toekomstige tramroute, de tweede een meer westelijk traject. Zeer opmerkelijk is het getal dat ik las in het Raamwerk RegioRail (PDF, 59 pagina's) op de site van RegioTram: driekwart van de stadsbuspassagiers is afkomstig van buiten de gemeente Groningen.

Groningen begint dus met een tramnetje in de stad. Dat is er mede op gericht, het vervuilende busverkeer in de binnenstad terug te dringen. Na de komst van de tram zal de Grote Markt, aan de voet van de befaamde toren, verboden gebied zijn voor de bus. Dat mag dan ook weer niet ten koste gaan van de mobiliteit van de buitenwijkbewoner. Zijn bus gaat nog steeds naar het station en komt ook nog altijd in het winkelhart van de stad.

Een potentiële tramstad zou geen potentiële tramstad zijn als er ook niet een paar maffe ideeën geopperd waren. De kabelbaan – die toch echt in de Alpen thuishoort en niet in ons land – kwam van stal, evenals een tram zonder bovenleiding, die zijn stroom als een soort delfstof uit de grond haalt, op een manier die ik niet begrijp en niet eens WIL begrijpen. Maar buiten de stad zal de Groningse tram natuurlijk wel zonder bovenleiding rijden: op het spoor van Arriva. RegioRail zoekt naar een hybride tram die zowel diesel als elektriciteit lust.

Ook zou Groningen geen potentiële tramstad zijn als er geen oppositie zou wezen. Die kwam er onder andere in de vorm van deze wat rommelige en niet erg to-the-pointe website, die de officiële tramsite niet in de schaduw kan stellen. Verder heerst er een opvallend groot enthousiasme onder de bevolking. Wim, die een inspraakreactie had geschreven, woonde een informatieavond bij waarbij relschoppers ontbraken en NIMBY-klanken zeldzaam waren. De mensen achter de tafel wisten de kritiek en de suggesties van de burgers opvallend goed te beantwoorden; het project maakt een goed doordachte indruk.

Met Wim is, zoals gezegd, tevens mijn gids genoemd voor het traject van lijn 1, dat we straks gaan bewandelen. De wandeling voert langs een keerlus van 800 meter bij station Groningen en een traject van 5500 meter tot aan het eindpunt in Zernike. De zijtak naar Kardinge heeft een lengte van ca. 2800 meter.

 

 

Klik op de kleine foto´s om ze schermbreed te zien.


Die keerlus is een opmerkelijk geval, waarvoor de nodige fietspaden zullen moeten wijken. Hij begint bij de Herebrug, loopt over het stationsplein en gaat hier met een wat krappe draai het station binnen. Dat lijkt een vreemd eindpunt voor een stadstram, maar na 2020 zal hij zijn weg via het regionale spoorwegnet moeten vervolgen. De keerlus wordt aanvankelijk deels enkel-, maar t.z.t. geheel dubbelsporig uitgevoerd. De trams moeten in beide richtingen het station in en uit kunnen rijden.

Het toekomstige trameindpunt op spoor 1, waarvandaan nu nog de treinen naar Zuidbroek / Winschoten / Nieuweschans / Leer vertrekken. Die schuiven na de komst van de tram op. Het hele station en het stationsemplacement gaan trouwens binnenkort op de schop. Dit in verband met de spoorplannen in de provincie Groningen (zie verderop in dit artikel).

Terug in de richting van de Herebrug en de binnenstad.

De laat-19e-eeuwse Glaudé-huizen, aan de voet van de brug over het spoorwegemplacement, zijn gedoemd tot de slopershamer. De tram gaat hun plaats innemen.

Het ruime Hereplein is nu stopplaats voor vele buslijnen. Het plein krijgt echter geen tramhalte. De tram rijdt rechtdoor de Herestraat in, en slaat 100 meter verder rechtsaf, het Gedempte Zuiderdiep op…

… waar overgestapt zal kunnen worden van bus op tram en vice versa. Bij deze halte ligt het winkel- en uitgaanshart van de stad binnen handbereik.

Via de smalle Oosterstraat gaat het verder naar de Martinitoren. Aan het eind van deze straat krijgt de tram ‘strengelspoor’.

 

 

Hier dat smalle gedeelte van de Oosterstraat. Eén tram tegelijk dus. Dat moet wel oponthoud geven, met straks twee tramlijnen die elk in de spits in 7,5-minutendienst gaan rijden. In één van de afgekeurde varianten reed de tram in de richting station via de Gelkingestraat, die parallel loopt aan Oosterstraat. Men koos echter voor bundeling van vervoersstromen, en dus niet voor het systeem op lijn 12 in de Antwerpse wijk Sint Amandus, waar de tram op de heenweg een geheel andere route volgt dan terug.

De Citybus rijdt van Haren via de binnenstad van Groningen naar het bedrijventerrein Euvelgunne-Driebond en doet onderweg een aantal P&R-terreinen aan.

Grote Markt. Deze bushalte zal dus vervangen worden door een tramhalte.

Kreupelstraat.

Op de Maagdenbrug over de Turfsingel gaan de tramroutes uiteen. De lijn naar Zernike slaat hier linksaf, die naar Kardinge gaat rechtdoor, de W.A. Scholtenstraat in. De brug is te krap voor de draai van de tram, en zal verbreed worden. Maar dit punt zou wel eens een bottleneck kunnen blijven. NOOTJE

 


 


Van de Turfsingel gaat de tram het Boterdiep op. Die straat ben ik vergeten te fotograferen, en dat is maar goed ook. De weersomstandigheden, aan het einde van een etmaal vol noodweer, maken deze fotoserie al troosteloos genoeg. Het Boterdiep is een windtunnel met vervallen oude en lelijke nieuwe gebouwen aan weerszijden. Hij gaat nog wat opgeknapt worden voordat de tram komt. Een goede zaak, want de tram is natuurlijk het visitekaartje van de stad, maar evenzeer is de stad het visitekaartje van de tram. Er is bij het Boterdiep onlangs in gemeentegrond een muntenschat gevonden uit de late middeleeuwen, waarmee ze het hopelijk allemaal kunnen financieren.

 

Schuin dit smalle straatje in naar het laatste stukje van de Nieuwe Ebbingestraat. In een andere variant zou deze winkelstraat al vanaf de Grote Markt bereden worden. Maar dan had de tram diagonaal de markt over moeten steken, zodat men koos voor dat horribele Boterdiep.

Op de Noorderstationsstraat die, zoals niemand zal verbazen…

… onder het Noorderstation doorloopt. Daarna volgt het snelle stuk van de tramlijn: over brede, rechte wegen door een buitenwijk.

Dit flatblok op de hoek van de Kastanjelaan en de Eikenlaan wordt misschien gesloopt. Dit is een beetje vreemd verhaal. De tram kan er ruimschoots langs, maar er komt om een of andere reden een ‘ovatonde’ die dit flatgebouw van zijn plaats dreigt te stoten.

 

 

Hoek Eikenlaan / Zonnelaan, nabij het winkelcentrum Paddepoel.

Ingang van het Zernikecomplex. Het zwamvormige gebouw rechts doop ik spontaan het Rufus Dingelam-gebouw. Helaas komt de hoofdpersoon uit W.F. Hermans’ Onder professoren (1975) evenmin voor in de stratengids van Groningen als zijn geestelijke vader. In die roman heet dit terrein overigens Modderpoel.

 

 

Midden op het terrein maakt de bus, en straks ook de tram, een Z-bocht.

Het Zernikeplein is verreweg de drukste halte in deze contreien.

En dan: het huidige bus- en het toekomstige trameindpunt, in een winderige vlakte. Er bestaat een goede kans dat je je bezoek aan deze site hebt te wijten aan Google. Google zit in het gebouw in de verte. Op onze fietstocht om Groningen heen kwamen we er aan de andere kant langs. Maar waarom neemt een mens nog de moeite om ergens heen te wandelen, fietsen, bussen of trammen, als je alles ook kunt bekijken op Google StreetView?

 

Dan de tweede lijn, naar Kardinge, die aangelegd zal worden als de eerste voltooid is. Lees echter het NOOTJE; wij waren wat voorbarig, en deze plannen zijn nog niet helemaal definitief.

 

Bij die smalle Maagdenbrug van daarnet takt hij van de eerste af. Een paarhonderd meter later bereikt hij het UMCG met zijn rare, doch ongetwijfeld goedbedoelde architectuur. Maar de tram passeert het UMGC helaas net aan de verkeerde kant. De ingang voor zieken en hun bezoekers ligt driekwart kilometer naar rechts op deze foto. In één van de oorspronkelijke varianten zou de tram de ‘Diepenring’ aanhouden, de Groningse grachtengordel. Dan zou hij tussen winkelhart en UMGC doorlaveren en het ziekenhuis iets beter ontsluiten. Maar deze variant gold als ‘vlees noch vis’; nergens echt dichtbij. De tram rijdt t.z.t. dus langs de zijkant van het UMCG-complex...

...en bereikt even verder het Oosterhamriktracé. Deze ca. 2 kilometer lange busbaan langs een lange, rechte vaart is aangelegd rond 1990 en ziet zichzelf dus binnenkort vertramd worden. Op de busbaan rijden thans de stadslijnen 3 naar Beijum, 6 naar Lewenborg en enkele streeklijnen.

Die twee lijnen vormen de Citybus naar Kardinge. Automobilisten kunnen hun kar-dingen (die grap heb ik eerder gemaakt, maar dat is al heel lang geleden) hier stallen en voor een zeer zacht prijsje met de bus verder reizen.

Transferia mislukken meestal. Maar op dit exemplaar staan toch een stuk of 300 auto’s geparkeerd. Een druppel op een gloeiende plaat is dat natuurlijk wel, op de ca. 100.000 vierwielers die per dag de stad binnenkomen. Er is nog ruimte zat voor veel meer auto’s. Kan de tram ze hierheen lokken?

Het mag hier best wat drukker worden!

 


Dit tramnetje, dat is niet alles wat er de komende 10 jaar gaat gebeuren. Ook op spoorgebied staan grote dingen op stapel – als Arriva ze niet zal dwarsbomen, uit wraak over het feit dat de concessie voor het busvervoer in Groningen en Drenthe is gegund aan Qbuzz. Dat dreigement verscheen tijdens mijn driedaags verblijf in Groningen in de krant.

Er komt waarschijnlijk een geheel nieuwe spoorverbinding Groningen – Heerenveen, via Hoogkerk, Leek / Tolbert en Drachten. Er gaan vanaf medio 2010 treinen rijden op het traject Groningen – Zuidbroek – Veendam, een lijn die misschien ook nog doorgetrokken zal worden naar Stadskanaal. Assen krijgt nieuwe stations en mogelijk zelfs een nieuw stuk spoorlijn. De halte Groningen-Europapark, nu bestaande uit een plankier waarlangs alleen de treinen naar Zuidbroek / Winschoten / Nieuweschans / Leer stoppen, zal uitgebreid worden tot een volwaardig station. Verder komt er een doorkoppeling van lijnen die nu nog Groningen als eindpunt hebben. Je kunt t.z.t. rechtstreeks van Veendam naar Delfzijl, van Leer / Nieuweschans / Winschoten naar Roodeschool en van Assen naar Leeuwarden.

 

 

Station Europapark bij valavond

Terug naar de Groningse tram. Net als in Maastricht vroeg ik de mening aan een klein forum. Wim is ervoor. Hij vindt

‘het als geheel een goed doordacht plan, waarbij niet alle heil wordt verwacht van de tram, maar deze wordt ingepast in de bestaande infrastructuur. Het doorkoppelen van de lijnen lijkt me ook een goed idee. Ook vind ik het verstandig dat ze niet alles ineens willen realiseren, maar het project in duidelijk afgebakende fases aanpakken. Dat maakt de slagingskans groter. Anderzijds kleeft daaraan natuurlijk het risico dat het project ergens halverwege blijft steken (zie de sneltram Utrecht-Nieuwegein)’.

Een automobiliste uit de wijk Paddepoel reageerde enthousiast op de tram door haar buurt; ze had nog nooit van de RegioTram gehoord, maar het leek haar beslist een aanwinst voor de stad.

Zelf heb ik de neiging, het Groningse tramplan te vergelijken met dat bij ons in Leiden, de Rijn-Gouwelijn (RGL; lees hier het artikel over de route door Leiden). Die vergelijking ligt voor de hand; in beide gevallen is sprake van een tram die zowel op een spoorweg als in de stad moet gaan rijden.

De balans slaat overduidelijk door naar het Groningse tramproject. In de eerste plaats qua vervoerswaarde. Die twee Groningse stadslijntjes gaan volgens de prognoses in 2020 ruim 50.000 passagiers vervoeren. De RGL gaat dat ook doen, maar heeft daarvoor 50 km spoor nodig terwijl er voor die twee Groningse lijnen maar 9 km hoeft te worden aangelegd. Het tramtraject door de Groningse binnenstad heeft daarmee bestaansrecht op zichzelf, zelfs al zouden de trajecten buiten de stad niet doorgaan.

In mijn eigen regio zeg ik altijd dat niemand zit te wachten op een tram door het Leidse centrum. Misschien ligt dat in Groningen wel helemaal anders. De Groningse binnenstad is het hart van een kwart van Nederland, terwijl de Leidse hooguit het hart van Leiden is. Noord-Nederland is sterk gecentraliseerd, en gericht op de stad Groningen, waar de Randstad tot het uiterste is verrommeld, versnipperd en verdeeld.

Ook qua projectaanpak, communicatie en voorlichting wint Groningen het met afstand van Zuid-Holland. Die gefaseerde aanpak is alleen maar verstandig (zie Randstadrail, waar alles tegelijk moest). In Groningen ligt na een paar jaar studie tenminste een voorkeursvariant voor fase 1 van het project op tafel, terwijl in de Rijnstreek slechts varianten circuleren die niemands voorkeur lijken te hebben. Er wordt verder in het noorden meteen klare wijn geschonken over het busnet dat overblijft na invoering van de tram, terwijl daar ‘bij ons’ al 20 jaar lang grote onduidelijkheid over heerst. En er is ook een duidelijk verschil in toonzetting: RegioRail verschaft op zijn website en in rapporten informatie; de RGL vooral propaganda.

Een afgetekende overwinning voor RegioRail. Het project maakt het OV wat efficiënter, de stad wat schoner en na 2020 ook wat beter toegankelijk voor de OV-reiziger uit de regio.

Maar of er nu zoveel verbetert voor de huidige stadsbusreiziger? Je bent nu per bus 15 à 20 minuten onderweg van het station naar het Zernikecomplex. Straks met de tram is dat nog steeds zo. Een stadstram rijdt even snel of langzaam als een stadsbus. De route door de binnenstad is van het type: ‘kruip door, sluip door’.

Ook Groningen kent, evenals Leiden, een afgekeurde ‘buitenomvariant’, een snelle tramverbinding langs de spoorbaan, om de binnenstad heen. Daarmee zou de reistijd Station – Zernike gehalveerd worden. Zo doen ze het straks in Utrecht ook met de tram naar de Uithof: niet door de binnenstad, maar langs uitvalswegen en door sportparken, om er maar zo snel mogelijk te zijn.

Kritiek zou je ook nog kunnen hebben op de aanlegkosten van die twee Groningse tramlijntjes. 300 miljoen voor 9 kilometer mag je beslist pittig noemen; worden de sporen afgewerkt met bladgoud, of zo?

In 2020 rijden ze allemaal, de trams van Groningen, Leiden, Utrecht, Maastricht… Dan zullen we ze echt eens goed vergelijken!

Frans Mensonides (met dank aan Wim Scherpenisse voor zijn gidswerk en aanvullingen op dit artikel)
14 juni 2009
Er geweest: 26 en 27 mei 2009



NOOTJE:
Het projectbureau RegioTram tekende het volgende aan bij dit artikel:

'Op het projectbureau wordt momenteel gewerkt aan de schetsen voor de tweede tramlijn.
Eind september zijn de mogelijke tracés en varianten bekend. Daarvan loopt er 1
inderdaad over de Grote Markt en de Maagdenburg (sic), maar er zijn ook varianten die de
hoofdingang van het UMCG aandoen en dus via de singels lopen. Ook is het niet zeker
of de tram over de Oosterhamrikbaan zal gaan; in dat gebied zijn tevens alternatieven
voorhanden.'

De digitale reiziger houdt je in ieder geval op de hoogte van de ontwikkelingen.
FM 30/07/09

ja, dat laatste doen we zeker! Twee jaar later zal ik de Groningse Regiotram nog eens dunnetjes overdoen.
De plannen zijn dan veranderd. Lees ook dit stuk uit 2011! >>>


© Frans Mensonides, Leiden, 2009.
Detail-routekaartjes gemaakt door Wim Scherpenisse, met gebruikmaking van de producten uit het Google-gebouw.
Totaal-routekaartje, kaartje van Maagdenbrug, kaartje en sporenplan regionale spoorlijnen overgenomen uit Raamwerk RegioRail.

 


<< naar thuispagina Frans Mensonides