Langs verzinkerijen en over hoge bruggen; om de stad Groningen heen


<< naar thuispagina Frans Mensonides

'Die titel komt me bekend voor, en die foto ook.' Dat kan kloppen: een eerdere versie van dit artikel verscheen in april 2006. In deze nieuwe versie maken we het verhaal helemaal rond, letterlijk en figuurlijk.


In 2005 rondden Wim Scherpenisse en ik te voet mijn woonplaats Leiden, ziehier. Het bewandelen van stadsranden hadden wij afgekeken van de Amsterdamse journalist Louis Stiller, die in zes dagen tijd om Amsterdam heenliep.

Als anti-esthetici kunnen wij heel enthousiast raken over alles wat je ziet rond de telkens opschuivende grens tussen stad en ommeland. Het is zelden iets moois, meestal iets lelijks, maar altijd iets nieuws. Hoe voorspelbaar en overal-hetzelfde Nederlandse steden ook zijn, met hun zorgvuldig gekoesterde monumenten in de binnensteden en hun slordig neergek(w)akte eenheidswoningen in de buitenwijken; langs de boorden van de stad zie je elke hectometer iets onverwachts.

Ook de stad Groningen, waar Wim, na jaren in de provincie, enkele jaren geleden opnieuw domicilie heeft gekozen, heeft een rand. De gemeentegrenzen van Groningen zijn veel langer dan die van Leiden: de stad herbergt meer inwoners, is wijder opgezet en bevat in het westen een grote uitstulping in de richting van Hoogkerk. Een wandeling rond Groningen zou al snel twee tot drie dagmarsen kosten.

Wim zette een fietstocht uit van een kleine vijftig kilometer, beginnend en eindigend bij het NS- en Arrivastation van Groningen. Hij hield eerder de rand van de bebouwing aan dan de gemeentegrens – die soms overigens mooi samenvallen. De tocht voert langs nieuwbouwwijken, dierenweitjes, parken, uitbreidingsplannen, meubelarijen, universiteitslaboratoria, snelwegen, borden van wat er nog komt, dorpjes, buurtschappen, bedrijventerreinen, torenspitsen, kerkhoven, MacDonaldsen, Chinezen, spoorwegviaducten, betonnen B-wegen met wind mee of tegen. Exact hetzelfde als om Leiden dus, maar toch anders.


Wim Scherpenisse: Een fietstocht langs de stadsrand van Groningen
De bijbehorende routebeschrijving
Plattegrond


Wij deden de tocht zonder EPO en in twee etappes, met 15 maanden ertussenin. Op 13 april 2006 troffen een dag met zware regenvoorspellingen voor het hele land, behalve de noordelijke provincies. Op een enkele verwaarloosbare spat na bleef het inderdaad droog. De wind woei genadeloos uit het westen, maar blies soms de hemel schoon, zodat om sommige foto’s een zweem van zonnelicht te zien is; onze excuses voor dit ongemak. Op 3 juli 2007 was de wind iets minder fel, maar de regen des te harder en de foto's des te deprimerender en dus mooier.

Volg ons op onze fototocht! Oh ja: de credits van dit artikel vermelden Wim Scherpenisse voor zijn uitgebreide informatie over de stad waar hij niet geboren, doch wel getogen is, en Gerda Baardman voor haar foto van Noorderhogebrug. Ikzelf maakte een hele collectie foto’s, waarvan er 30 deze rapportage stofferen.

Klik op de foto´s om ze schermbreed te zien.


1. Te paard; opstappen! Niet zo ver van de Groningse westrand bevindt zich het uitgestrekte Stadspark (stadsPARK), met deze in brons gegoten godin, die haar blik afwendt van de vijverpartijen. In het stadspark ligt het Stadsparkpaviljoen waar het goed lunchen is - 'lag' en 'was', moet ik zeggen. Het restaurant is inmiddels gesloten en wordt gerenoveerd.

2. Het zuidwesten van Groningen biedt ons, stadsrandliefhebbers, meteen al het volle pond, met naargeestige nieuwbouwwijken, begrensd door landwegen, en zonder blijvend vrij uitzicht op het natuurgebied ‘De Eelder- en Peizermaden’. Die ‘maden’, volgens de onder geletterden onvermijdelijke etymologische discussies, zijn dan natuurlijk geen wormen, al zullen die er ook wel rondkruipen, maar zijn verwant aan ‘meadows’ (weilanden).

In het westen en zuiden zit de stad Groningen klem tegen de provincie Drenthe, die verdere uitbreiding slechts mondjesmaat toestaat. Toch heeft Groningen, gezien deze beelden van een dragline, weer een strookje van zijn buren weten af te knabbelen. Dit bord zal nog wel eens verplaatst worden; weg met de meadows!

3. Bulldozers en draglines markeren de frontlinie. Zo’n stad blijft groeien, en daarmee wordt gelukkig ook de stadsrand steeds langer.

4. Een grauwe, aartslelijke stad, die ze hier en daar hebben proberen op te pimpen met een akelig kleurtje; dat is de indruk die je overhoudt van een fietstocht om Groningen. Dat kleurtje pakt dan meestal nog averechts uit ook, en accentueert alleen maar op pijnlijke wijze hoe kleurloos de rest is.

Hier in beeld het 'Wall House', waar kunstenaars tijdelijk met subsidie kunnen verblijven om kunstwerken te scheppen.

5. Hiermee zijn we aangekomen in de wijk Hoornse Meer, en het meer waarnaar deze genoemd is. Deze wijk is een van Wims inspiratiebronnen geweest bij het schrijven van zijn Fay-trilogie. In Fay 1 kijkt de enigszins vereenzaamde, wat ouwelijke protagonist vanuit deze flat uit op deze vijver. Als je goed kijkt, zie je hem staan, dáár, nee, dáár, achter dàt raam.

Met de dichterlijke vrijheid van een prozaïst situeerde Wim deze wijk aan het einde van een metrolijn. Een tram komt er misschien wel; Groningen koestert een zeer ambitieus tramplan. Ik heb hier ook nog eens met een bus rondgereden; laat het in 1992 geweest zijn. Het was na een ROVER-vergadering. We werden door het stadsvervoerbedrijf rondgeleid door de stad, en die rondleider had het steeds maar over Z-bochten. Z-bochten waren voor hem misschien niet de kwintessens van het bestaan, maar wel dat van een stadsbusnet; ik begreep er niet veel van. Associeert Wim deze wijk met zijn Fay-en, ik denk er louter aan Z-bochten.

6. Een Z-bocht verder staat temidden van nog meer flats dit beeld van een steigerend nijlpaard. Wim neemt de moeite, over een slootje heen te springen, om vast te stellen dat het werk is beeldgehouden door Cas de Groot, en Zomerbeeld 1984 heet.

7. De wijk De Weijert Zuid wordt van de snelweg richting Assen afgeschermd door een hoge geluidswal. Op die wal, een soort kunstmatig duin, hebben ze een parkje aangelegd. Daar zien we dezelfde hangjongeren die we vorige zomer in die snackbar zagen in Zoeterwoude; de eeuwige wederkeer van de stadsrand. Maar wat zou er staan op dat bord, alleen bestemd voor automobilistenogen?

8. Toch een verschil tussen Leiden en Groningen: de rand van de laatste stad is ruimhartig opgesierd met uitingen die bedoeld zijn als kunst. Deze spiraaltrap is één van de negen opgerichte constructies die de stadsrand van Groningen markeren. Hier en hier staat er iets over – niet al te helder. Het gevaarte is niet beklimbaar en zelfs niet meer bereikbaar; de spooroverweg Kooiweg die er toegang toe verleende, is enkele jaren geleden afgesloten.

Decennia geleden wandelde Wim hier altijd met zijn vader. Ook die wandelingen zijn vereeuwigd in de Fay-trilogie.

9. Alweer zo’n typische stadsrandfoto. Deze pony, en deze huizen staan in de wijk Klein Martijn, nabij begraafplaats Esserveld en nabij Essen, dat dus niet alleen in Duitsland en België ligt, maar ook in Groningen.

10. Ter hoogte van de verzinkerij, langs een lange, rechte asfaltwegweg met kale sprietboompjes, zinkt de moed je definitief in de schoenen.

Dit industrieterrein heet Euvelgunne-Driebond. De naam Euvelgunne blijft in me rondzingen, nadat Wim hem genoemd heeft. Euvelgunne was oorspronkelijk een buurtschapje bij Groningen. Het woord – daar komen de etymologen weer – moet wel zoiets betekenen als: afgunst; iets wat misgund is. De buurtschap is dan ook grotendeels opgeslokt door het industrieterrein; het wonen was de mensen hier blijkbaar niet langer gegund.

De meubelhal even verderop duidt erop, dat we weer in de bewoonde wereld geraken.

11. Net als in Leiden strijken we neer in een Mac voor een kop koffie en een plaspauze. Deze in Groningen heeft een interieur in jaren-50-stijl, althans met enkele voorwerpen die aan die era doen herinneren.

12. De grenzen van Groningen lopen heel grillig. Hier zitten we ineens heel dicht bij het centrum. Na de Mac gaat het met wind mee langs het Damsterdiep en het dorpje Oosterhogebrug. In bliksemtempo passeren we de wijken Oosterpark, Ulgersmaborg en Lewenborg. Zonde om te remmen, af te stappen en foto’s te nemen. Ik heb er dan ook maar één van dit lange, rechte eind; weer een stuk pimp-werk. Het is, als ik me goed herinner, een bedrijfsverzamelgebouw voor hele kleine bedrijfjes.

13. Op de ANWB-wegwijzer ontbreekt….

14. …het dorp Noorddijk, net niet opgeslokt door Lewenborg. Het kerkje dateert uit de 13e eeuw; de toren is vier eeuwen jonger. Op het kerkhof zijn fraaie staaltjes van 19e-eeuwse grafpoëzie te lezen; vele vrome gedichten, en één agnostische.

Ik heb eens iemand gekend die Noorddijk heette van zijn achternaam, en foto’s placht te maken van ontklede deernen; eerst als hobby en later als broodwinning. Dat wilde ik Wim nog vertellen, maar we slaan net een weg in waar we zwaar de wind tegen hebben. Later ben ik het vergeten. Ik mail het hem wel.

15. Elema’s pad langs de Kardingermaar; beide langs een liniaal getrokken. Je zult hier de wind tegen hebben!

16. De huizen van Mooiland (welja!), Zonland en Waterland in de wijk Lewenborg staan te vloeken met het groen aan de andere kant van Elema’s pad; dat afgrijselijke blauwe bankje staat te vloeken met alles en iedereen.

17. Op dit deel van de tocht heb je links de huizen van Beijum en rechts een mooie ansichtkaart van het dorp Zuidwolde.

18. Beijumerweg. Ook hier nare kleurtjes.

 

19. Noorderhogebrug. Foto: Gerda Baardman (dat had ik al gezegd). Nee, er is geen Wester- of Zuiderhogebrug.

 

20. De Walfridusbrug over het Van Starkenborghkanaal was al eens te zien als foto-van-de-week. Het is het best bewaarde geheim van Groningen dat deze brug, naast spoorbrug, tevens fietsbrug is. De fietser moet vanaf het kanaal ofwel 1,5 kilometer omrijden en een glooiende helling nemen, ofwel deze steile trap beklimmen, met fiets en al. Dat staat bovendien nergens aangegeven. Het is hier dan ook niet druk.

21. Dit kunstwerk (in de ruime zin des woords) gaat gepaard met een gedicht dat ik helaas heb vergeten te transcriberen, en dat ik ook nergens op het WWW heb kunnen vinden. Dit rare geval behoort niet tot het eerder besproken negental. Je kunt er echt opklimmen, en dan zie je precies hetzelfde als toen je nog beneden stond.

22. Sprikkenburg, dat is de naam van het fietspad langs het Van Starkenborghkanaal. Op dit punt, bij dit eenzame huisje, eindigt onze tocht in april 2006 en wordt hij voortgezet in juli 2007.

Verder rijden we, langs weilanden met hier en daar een laag, uitgestrekt bedrijfsgebouw. Er is nog veel ruimte voor meer. Google schijnt in deze contreien zijn computercentrum te hebben staan. Het is helemaal afgeladen met harde schijven waarop alle gedachtes van 16 miljoen Nederlanders van de afgelopen 5 jaar staan opgeslagen. Als je iets vergeten bent, hebben zij het vast nog wel in de cache.

23. Het wijkje Reitdiep aan de overkant van het gelijknamige riviertje hangt er maar zo’n beetje bij, en lijkt een voorpost van Groningen-stad in het Groningse land. Er was hier ruimte genoeg om er iets mooiers van te maken dan wat het geworden is: saaie rijtjes tot de einder.

24. Dorkwerd, 1 kilometer ten noorden van de Groningse bebouwde kom, mag een dorp heten. Het bezit van kerk en zerk geeft recht op die titel. Maar Dorkwerd bestaat uit niet veel meer dan dat.

Het kerkje wordt gerestaureerd door gemoedelijke arbeiders, die bereid zijn, met hun bestelwagen om onze omgewaaide fietsen heen te rijden.

25. Fiets je door tot voorbij die schapen, en die koeien, en die elektriciteitsmasten, en nog verder, tot achter de kim, dan kom je uiteindelijk bij de Waddenzee. Niets gaat boven Groningen!

26. Het gehucht Slaperstil ligt op de grens van Groningen en Hoogkerk en is het meest westelijke punt van onze route. Wim noemt dit restaurant, met die rare stalen voorzetplaat links op de foto, de lelijkste Chinees van Nederland. Maar dat is alleen omdat hij dat wanstaltige gedrocht bij station Breukelen niet kent.

Tussen Dorkwerd en hier is het gaan regenen. Wij vluchten de Chinees binnen en wel precies om 15:00 uur, exact halverwege lunchtijd en dineruur, die hier beide niet voor een enorme toeloop zullen zorgen. De landerig bijeengezeten Chinese familie die de zaak exploiteert, ziet ons al een copieuze rijsttafel bestellen die hen tot diep in de avond in staat zal stellen, hun vak uit te oefenen. Maar op ons verzoek zijn zij ook bereid, het koffiezetapparaat in bedrijf te stellen om twee cappuccini in te schenken. Aardige mensen, maar wat beweegt iemand, zijn geboortestreek te verlaten, de halve wereld over te reizen, uitgerekend om in Slaperstil een restaurant te beginnen?

27. Het is weer min of meer droog; opstappen, dus! Alweer zo’n naar wijkje. Het heet De Held, maar de laatste letter mag je wel schrappen. Die authentiek-Groningse fake-boerderij heb ik maar buiten beeld gelaten. Je moet het doen met dit rijtje huizen in misplaatst-felle kleuren, met regenplassen en met een vervoermiddel ervoor voor een heel grote hond, of heel klein paardje.

28. Weer een paar kilometer verderop smaakt de fietser het genoegen, twee suikerfabrieken te zien, die van Groningen (volgende foto) en die van Hoogkerk (hier). Weinig activiteit in juli; de eigenlijke suikerpluk begint pas in de herfst. Dan komt er rook, of eigenlijk: waterdamp, uit elke schoorsteen, vertelt Wim, die hier honderden keren is langsgekomen toen hij nog in Zuidhorn woonde. Vrachtwagens vol suikerbieten rijden af en aan, zo in oktober. En wat ze de rest van het jaar doen in een suikerfabriek, dat weet niemand.

29. We hebben de sporen naar Zwolle en Nieuweschans gehad, en die naar Roodeschool / Delfzijl. Onvermijdelijk moeten we ook de spoorbaan naar Leeuwarden kruisen. Uit de richting van die laatste plaats komt de ‘Spurt’ aangesneld, de dieseltrein die het onderwerp is van de volgende aflevering van dit magazine.

30. Overal zie je het gebouw van de Gasunie aan de horizon. Reden om af te wijken van de door Wim uitgestippelde route. Deze creatie van de Amsterdamse architecten Alberts en Van Huut is onlangs uitgeroepen tot het mooiste gebouw van het land (nog net niet tot achtste wereldwonder) bij weer zo’n Internetverkiezing, georganiseerd door Trouw. Hij kreeg een paar stemmen meer dan het stadhuis van Middelburg (gesproken over kippen met paarden vergelijken).

Het Gasuniekantoor lijkt me geen gebouw voor mensen met hoogtevrees. Beleef HIER een virtuele rondleiding; die om Groningen zit erop.

Frans Mensonides
10 juli 2007
Er geweest: 13 april 2006 en 3 juli 2007


© Frans Mensonides, Leiden, 2007


<< naar thuispagina Frans Mensonides